Beschikbare cursussen
Meten & Rekenen
Anders dan bij wiskunde reken je bij natuurkunde met meetwaarden. Deze zijn dan ook niet exact nauwkeurig. Meetresultaten bij een experiment noteer je het liefst in een tabel, waarna je er een grafiek van kan tekenen in een diagram. Regelmatig is het verband tussen de onafhankelijke grootheid en de te meten grootheid niet recht evenredig, dus loopt de grafiek als een curve. Met een coördinatentransformatie maak je er een rechte grafiek van.
Beweging
Met een tikkerstrook doe je onderzoek naar beweging. Een tijdtikker zet met vaste tussenpozen een stip op de papieren strook. De afstand tussen de stippen (afgelegde afstand), verraadt dan de snelheid. Hier zie je dus een versnelde of een vertraagde beweging.
Krachten
De resulterende kracht, is het resultaat van verschillende krachten die op een voorwerp werkt. Deze kracht veroorzaakt een verandering(!) in snelheid, richting en/of vervorming van dat voorwerp.
Arbeid en energie
Arbeid (verrichten) in de natuurkunde betekent dat een kracht over een bepaalde afstand wordt uitgeoefend op een massa, bijvoorbeeld een vallende bal. De zwaartekracht laat de bal een bepaalde afstand afleggen en verricht daarmee arbeid. Hierdoor neemt de kinetische energie toe van de bal. De totale energie van het valproces blijft gelijk.
Stoot and impuls
Als een kracht gedurende een bepaalde tijd wordt uitgeoefend op een massa, bijvoorbeeld een biljartbal, spreek je van een stoot. Dit heeft een impulsverandering van de bal tot gevolg. De snelheid van de bal neemt toe, totdat de kracht is uitgewerkt. Nu is de snelheid constant en daarmee heeft de massa een impuls gekregen.
Lichtstralen
Bij geometrische optica lopen lichtstralen altijd rechtuit, tenzij ze gespiegeld of gebroken worden. Bij breking verandert de snelheid van het licht, de verhouding bepaalt de brekingsindex. Voor verschillende kleuren licht verandert de snelheid anders, vandaar dat uit wit licht alle kleuren te voorschijn komen.
Trillingen
Een trilling is een periodieke beweging rondom een evenwichtsstand. Bij een harmonische trilling is de terugdrijvende kracht recht evenredig met de uitwijking. Hier uit volgt voor de uitwijking een sinus, het is tevens een projectie van een eenparige cirkelbeweging. Trillingen in materie zijn tevens de basis voor geluid wat we horen.
Golven
Een lopende golf in een opgespannen touw ontstaat doordat één uiteinde in trilling wordt gebracht. Elk volgend touwdeeltje wordt vervolgens, met een vertraging, in trilling gebracht. Hierdoor legt de golf één golflengte af in één trillingsperiode. Dit is de golfsnelheid, die toeneemt als de spankracht in het touw groter wordt. Bovendien transporteer je met golven trillingsenergie en zegt de aangekomen golf iets over het verleden, toen de bron in trilling kwam.